Anna (Hoekstra) is wees en werkt dag en nacht in de stallen van een manege. Ooit was deze manege en de bijbehorende villa van haar vader. Nu is alles van zijn weduwer en de stiefmoeder van Hoekstra: Crutzen. Onder haar bewind is het een bekakte, liefdeloze plek geworden. Haar dochters, Van Dam), Smulders en Ravelli zijn omhooggevallen tutjes die niet gezegend zijn met een aantrekkelijk uiterlijk. Als de hele familie wordt uitgenodigd voor een bal bij de koninklijke familie mag Hoekstra niet mee. Maar na een onverwacht bezoek van iemand uit het verleden, maakt zij toch haar opwachting op het feest en maakt ze een dans met prins Weeber.