Kang woont alleen in een groot huis. Door een glazen voorgevel kijkt hij uit op de bomen die heen en weer bewegen in de wind en regen. Hij voelt een vreemde onbekende pijn die hij nauwelijks kan verdragen en die zijn hele lichaam beheerst. Non woont in een klein appartement in Bangkok, waar hij methodisch traditionele gerechten bereidt uit zijn geboortedorp. Wanneer Kang in een hotelkamer Non ontmoet, delen de twee mannen elkaars eenzaamheid.